Arusha (deel 2)

28 mei 2024 - Arusha, Tanzania

Op maandag begon onze eerste officiële dag als vrijwilliger. We hadden van de zussen gehoord dat de school om 8:00u begint, zij zijn er altijd rond 8:30u. Wij waren voor de zekerheid voor 8:00u aangekleed en klaar, maar zoals te verwachten was Lilian nog niet wakker en Raphael nergens te bekennen. Na een uur kwam Godfrey (Goddie) binnen, hij ging ontbijt voor ons maken. We vonden het vervelend dat we niet zelf meer konden doen, maar door die ene sleutel moesten we elke keer wachten op iemand, we besloten dat we onszelf er maar beter aan over konden geven en mee konden gaan in het ritme van daar, dat zou heel wat irritatie voorkomen. Termen als ‘zonde van je tijd’ of ‘dat is tijdverspilling’ komen hier niet voor. Er wordt geen waarde gehecht aan tijd. Het komt als het komt en zo niet dan ook goed. Deze manier van leven herkennen we uit wel meer landen, maar dat was allemaal niks vergeleken bij Tanzania, of in ieder geval bij Raphael. Uiteindelijk waren we pas rond 9:30u bij de school. We zagen de kindjes voor het eerst en ze waren allemaal zo enthousiast, vrolijk en energiek! Twintig kinder stemmettjes riepen ‘muzungu muzungu’ wat vertaald naar het Nederlands ‘witte’ betekend. Voor de mensen in Tanzania is dat een vriendelijke term voor een wit persoon. In de weken dat wij daar waren hoorde we overal waar we kwamen 'muzungu'. Eigenlijk waren we meer een stoor zender in de lessen dan een hulp, alle kindjes wilde ons aanraken en bij ons zijn. Carmel die een les aan het geven was samen met Olga was gemaakt voor het vak, want met een strenge luide stem riep ze alle kindjes weer tot de orde. De school bestaat uit twee klassen, een baby klas (van 2 jaar tot 4 jaar) en een gewone klas met kindjes boven de 4 jaar, het oudste kindje in de klas was 6 jaar. Het waren twee mini klaslokalen met kale muren, er hing alleen een alfabet poster aan de muur, een poster van alle lichaamsdelen (bij de baby klas) en een poster met de cijfers erop. De school was net nieuw gebouwd met de hulp van Semi en Lilian, hiervoor was de school heel klein en kon je de klaslokalen vergelijken met een bezemkast waar dan 20 kinderen in zaten. Wij verbaasden ons over de manier van lesgeven, überhaupt vonden wij het vreemd dat zulke jonge kinderen al schoolwerk kregen en bijna niet mochten spelen. Allebei de klassen dreunden non stop het alfabet op, om de beurt werden de kindjes naar voren geroepen en moesten ze op de poster de letters aanwijzen en dan voorzeggen waarna de andere kinderen het na zeiden. Dit ging dan 3 uur lang zo door. Als de kindjes afgeleid raakte, met elkaar gingen spelen of elkaar gingen irriteren kregen ze straf, dan moesten ze rechtop staan en soms zelfs met hun handen in de lucht tot de juf zei dat ze weer mochten gaan zitten, het was ook niet gek als een kindje werd geslagen, door de juf of door de eigen ouders. In onze ogen is het vrij normaal dat kinderen van 2 tot 6 jaar niet drie uur lang stil kunnen zitten. Maar daar denken ze daar anders over. Het schoolwerk gaat ook niet heel effectief, na drie uur lang het alfabet opzeggen moeten alle kinderen stil op hun bankje zitten (sit like a boss) dan begon de juf opdrachten in de schriftjes van de kinderen te schrijven, elk kind had drie schriftjes dus ook drie opdrachten, één voor één werden de kindjes naar voren geroepen om hun schriftje op te halen, ze moesten dan in het schriftje hun huiswerk maken, wij mochten de kinderen dan helpen. Alle kinderen waarvan de schriftjes nog niet geschreven waren moesten stil blijven zitten. Als een kindje klaar was met alle drie de opdrachten mocht die buitenspelen. Hierdoor was het zo dat een groot deel van de kindjes niet buiten kwam, dit was dan doordat zijn of haar schriftje pas als laatste werd geschreven of het kind de opdrachten heel moeilijk vond en daardoor elke keer weer opnieuw moest beginnen van de juf, het waren elke keer dezelfde kindjes (vooral jongetjes) die binnen moesten blijven. Dit waren vaak ook de kindjes die de meeste straf kregen omdat ze lekker wilde bewegen en spelen ipv stil zitten. Je kon zien dat de kinderen die plezier hadden in school en er goed in waren met een glimlach mee deden met de lessen en snel konden buiten spelen. Wij vonden dit best wel lastig om te zien omdat wij het in Nederland heel anders zijn gewend en wij de kinderen graag een andere school ervaring zouden geven en ze vooral op deze leeftijd zouden laten spelen, maar het is zo’n ander land en zo’n andere cultuur dat het niet realistisch is om te denken daar zo snel verandering in te brengen, voor de kinderen en gezinnen is het heel mooi dat ze naar school kunnen en dat Raphael ze deze plek kan aanbieden. Wij vonden het super leuk om met de kinderen te spelen, alle kinderen hadden heel veel behoefte aan aandacht en wilde allemaal knuffelen, opgetild worden en ons aanraken. Wij hadden allebei een zwak voor Brighton, hij zat in de klas waar wij vaak kwamen kijken. Hij kon nooit stilzitten en kreeg vaak straf van de juf. Brighton deed zijn naam eer aan, overal waar hij was, verlichte hij de ruimte. Hij zat bom vol energie, vreugde, ondeugd en een grote glimlach. Je kon niet anders dan vrolijk van hem worden. Hij heeft stiekem wel ons hart gestolen!

Iets anders waar wij van stonden te kijken was het eten op school. Eén keer per dag krijgen de kinderen porrige, dit was een soort waterige meel pap, die wij heel erg vonden stinken. Elke kind kreeg een bekertje vol. De juf deelde gebakken broodjes uit, maar niet elk kindje kreeg een broodje. Wij begrepen niet waarom, maar leerde later van de zussen dat de juf geld verdiend met het uitdelen van brood. Sommige kindjes kregen munten mee van hun ouders, hiermee betaalde ze de juf. De kindjes die geen geld hadden kregen niks. Hierdoor gebeurde het dat sommige kinderen twee broodjes hadden terwijl de buurman of buurvrouw alleen een beker porrige had. Het waren elke dag dezelfde kinderen die niks kregen. Het was wel heel mooi om te zien hoe de kindjes met het meeste brood hun eten deelde met de kindjes die weinig hadden. 

We gingen elke dag naar de school toe, de ene dag nog later dan de andere.. sommige dagen ontbeten we in huis, andere dagen nam Raphael ons mee naar de mama’s, de mama’s zijn de moeders van de buurt die voor hun huizen koken, je kan voor weinig geld bij hun eten. De mama’s die wij vaak bezochten maakte mtori en chapati. Wij waren niet zon fan van de bananen soep dus aten wij chapati (met ei) zo lekker! Ook kregen we altijd thee die kokend heet was. Raphael en Lilian aten zo snel dat Sarien en ik hun tempo probeerde bij te houden, maar dat lukte eigenlijk nooit :) De school was elke dag om 12:30u afgelopen, nadat de kinderen waren opgehaald gingen wij terug naar het huis, het was maar 5 minuten lopen van de school naar huis, maar soms moesten we bij de school blijven wachten tot Raphael terug was met de sleutel. Als we dan een appje kregen met ‘i am on my way to the school’ hadden we onderling een weddenschap en gokte we hoe laat Raphael aan zou komen, zijn record was 18:30u. Gelukkig vermaakte wij ons altijd wel, maar irritant was het soms zeker, vooral als we moe waren. Op de dagen dat we wel meteen terug naar huis konden kookte we samen met alle vrijwilligers het middag eten of had Aisha eten voor ons gekookt. Het was altijd rijst met bonen. Aisha was een 18 jarige meid die ook in de buurt woonde en ons hielp in en rond het huis. Thuis ben ik gewend en heb ik geleerd dat je eet tot je vol zit, 'je bent geen prullenbak' dus je gaat jezelf niet volstouwen of alle restjes opeten, de restjes kan je altijd mee nemen naar de volgende dag. In Arusha was dat heel anders, we kregen altijd grote borden vol rijst en bonen, dit is heel vullend en ik ben geen enorm grote eter, ik heb mij heel wat dagen volgepropt daar omdat je geen eten weggooit en het ook niet mogelijk was om het eten te bewaren tot de volgende dag want daar zijn de basis voorzieningen gewoon niet voor. Heel af en toe gaven we eten wat overbleef aan de buurtkinderen, maar vaak werd er verwacht dat je je bord leeg at. Zo leerde ik, wat voor een luxe het eigenlijk is om te kunnen eten tot je vol zit, omdat je weet dat je over een paar uur weer opnieuw kan eten. De mensen daar hebben die luxe niet, als er een bord eten voor ze staat eet je dat helemaal op tot de laatste restjes, omdat je niet weet wanneer er een volgende maaltijd op tafel staat. Het was echt hartverscheurend om de kindjes in onze tuin te zien eten, wij hadden soms rijst over en nodigde een aantal kinderen uit de buurt uit om bij ons binnen te komen.  Je gunt het elk kind om drie maaltijden per dag te eten, om je geen zorgen te hoeven maken over eten, om genoeg energie te hebben voor rennen, spelen en school. Vaak genoeg lagen er kindjes in de lessen te slapen omdat ze geen energie hadden om met de les mee te doen. En zo zat elke dag vol met besef momenten van hoe goed wij het hebben in Nederland. Maar ondanks de honger en de armoede had elk kind een lach op zijn of haar gezicht, ze waren altijd vrolijk en waren blij met de kleinste dingen, dat was zo mooi om te zien! Op een van de dagen op school leerde wij de kinderen om hun tanden te poetsen, elk kind kreeg een eigen tandenborstel en tandpasta, sommige tandenborstels waren in leuke kleurtjes met diertjes erop en andere waren wit en leken op de tandenborstels die je in een hotel krijgt. Van te voren dachten wij dat de verschillende tandenborstels misschien een probleem zouden worden, want uit eigen ervaring wisten wij dat dat in Nederland zeker opgemerkt zou zijn en kinderen een andere kleur zouden willen of jaloers op elkaar zouden zijn. Maar niks was hiervan waar, de kinderen waren zo blij met hun tandenborstel en hielden hem trots in de lucht, of ze nou een gekleurde met diertjes hadden of een witte, ik vond dat zo mooi om te zien!

Iets wat wij heel schrijnend vonden waren de kinderen buiten het hek. Niet alle kinderen in de buurt konden naar de school, dit zorgde ervoor dat er elke dag heel veel kinderen buiten de hekken van de school stonden en keken hoe de kinderen op het schoolplein speelde op de speeltoestellen. Tegen ons was gezegd dat wij deze kinderen absoluut niet binnen mochten laten. Soms hoorde je de kindjes buiten het hek mee lachen met de kindjes die schaterlachend van de glijbaan gingen. 

Naast aanwezig zijn bij de les, hebben Sarien en ik ons bezig gehouden met het schilderen van de school. Samen met Lilian en Raphael gingen we in de stad verf kopen, in een bajaji (tuktuk) reden we naar de stad, daar zijn we langs verschillende winkeltjes gegaan voordat we de juiste vonden. Sarien en ik financierde de verf, Raphael had een zandkleur en een hemel blauwe kleur uit gekozen voor de binnen en buitenkant van de school. Toen de verf werd gemengd gingen wij koffie drinken, dit doe je niet in een cafe maar gewoon op straat. Overal zijn er plekken waar je langs de weg koffie kan drinken. Onder een boom waren twee mannen die koffie schonken, de koffie zat in grote emmers, met een bekertje werd er dan koffie in een ketel geschonken die dan werd opgewarmd op een klein vuurtje. Het was geen standaard koffie maar gember koffie, de koffie was zo scherp dat Sarien en ik het bijna niet wegkregen. Het was een hele bijzondere koffie ervaring en je moest niet te veel stilstaan bij de hygiene :) Met alle verf gingen we in een bajaji terug naar de school. Raphael had twee schilders geregeld die ons kwamen helpen, eigenlijk deden wij een beetje voor spek en bonen mee, want zij deden het meeste werk. Het resultaat was wel heel mooi geworden! Toen de buitenkant helemaal gedaan was konden Sarien en ik beginnen aan de buitenkant versieren met dingen zoals een boom met de maanden van het jaar en een ladder met de dagen van de week. Vanuit Nederland hadden we tubes verf mee genomen en begonnen we ons project. We kregen hulp van alle kanten, Naomi hielp mij het met schilderen van de boom en Nelson, Junior en Daniel hielpen Sarien met de ladder. De jongens hadden de grootste lol en genoten van het schilderen, eigenlijk wilde Raphael niet dat andere mensen ons zouden helpen omdat zij dan misschien het resultaat zouden verpesten maar wij waren het daar niet mee eens en vonden het juist leuk dat de jongens konden schilderen, wij kunnen in Nederland elke dag schilderen als we willen, zij niet. En ze namen het heel serieus en waren super geconsenteerd bezig. Save, een jongen van onze leeftijd die de financiële kant van de organisatie doet kwam Naomi en mij helpen en ontdekte een nieuwe hobby, hij was heel precies en vond het heel leuk om te doen, hij leerde hoe hij kleuren moest mengen en vond alles prachtig! Zo werd het een collectief project :) Helaas raakte onze verf op en hebben we het schilderen niet af kunnen maken, wie weet dat dat ooit nog gebeurt door iemand anders, tot nu toe staat het er nog steeds bij hoe wij het hebben achter gelaten.

Travel for Charity bestaat niet alleen uit een school, maar ook uit meerdere voetbal teams en initiatieven voor de community en vrouwen. Het voetbal team is opgericht om jongens uit de buurt van de straat te houden, de meeste kinderen gaan niet of nauwelijks naar school en belanden dan op straat en in de verkeerde kringen, dit wil Raphael tegen gaan. Er zijn drie jongens teams, ingedeeld op leeftijd, ze spelen toernooitjes tegen andere teams in de buurt of uit andere dorpen. Bij de trainingen worden de teams in twee groepen verdeeld, de jongste trainen eerst en daarna de oudere jongens. Voorheen trainde ze elke dag op het voetbalveld, maar hier is Raphael mee gestopt omdat de jongens geen energie hadden om elke dag te trainen door gebrek aan eten. Het was eerst de bedoeling dat wij de jongens training zouden geven, maar ze hadden al drie trainers, die alles helemaal onder controle hadden, dus wij vonden het zonde om dat te verstoren. Wij zijn wel bij veel trainingen wezen kijken en deden dan af en toe mee, het was altijd heel gezellig met Lilian, Naomi, Carmel en Olga, vooral als Olga en Carmel mee gingen voetballen en de ballen alle kanten op vlogen :) Het voetbalveld zat vol gaten en kuilen en de geiten liepen over het veld als figuranten, sommige jongens hadden geen schoenen en speelde op blote voeten, andere hadden maar één sok of gaten in hun kleding, sommige schoenen vielen bijna uit elkaar maar dat kon de jongens niks schelen. Ze speelde super fanatiek en met heel veel plezier! Er werd nooit gezeurd, ook al hadden ze geen drink water en was het elke dag rond de 30 graden. Wij waren altijd een hele attractie als we bij de trainingen kwamen kijken. Travel for Charity gebruikte een stuk veld van een grotere school, dus er waren altijd heel veel kinderen bij het voetbal veld. Als wij kwamen aanlopen stopte iedereen met wat hij of zij deed om naar ons te kijken, vaak hadden we al gauw een stoet van kinderen achter ons aanlopen en hoorde we wel 100x 'muzungu muzungu'. Anoniem waren we daar niet. Nu was deze reactie ook niet zo gek want in deze buurt kwamen nooit toeristen, alleen vrijwilligers zoals wij. Bij één van de trainingen haalde Sarien haar teen open, in het huis haalde ze een pleister. Het was zo leuk om te zien hoe de kinderen vol verbazing naar de pleister keken, ze hadden nog nooit in hun leven een pleister gezien en wilde het allemaal aanraken. De kleinste dingen die voor ons zo vanzelfsprekend zijn, zijn dat hier niet. 

In het tweede weekend dat wij er waren speelde de jongens een wedstrijd, wij gingen met alle vrijwilligers kijken. Dit verliep weer typisch op zijn Afrikaans :) De wedstrijd zou om 9:00u beginnen, vertelde Raphael op de ochtend zelf, om 8:30u. Alle jongens stonden in onze tuin terwijl wij ons snel klaar maakte en ontbeten, de zussen hadden bij ons gelogeerd dus we waren al compleet. Raphael was even vergeten om vervoer te regelen, dus toen we om 9:00u naar buiten liepen met meer dan 30 jongens achter ons aan, begon Raphael te onderhandelen met een buschauffeur. Uiteindelijk was het gelukt om twee busjes te fixen en werden we allemaal in de bussen gepropt, het was gezellig krap. Het was een uur rijden naar het andere team dus te laat zouden we sowieso al zijn, al lag het niet aan de buschauffeurs want die begonnen als gekken te rijden, ze maakte er een wedstrijd van en haalde elkaar telkens in, echt levens gevaarlijk want er was maar één baan en genoeg tegenliggers op de andere baan. We hebben meerdere keren rakelings een vrachtwagen ontweken in volle snelheid, de kinderen vonden het geweldig en waren helemaal aan het juichen en lachen als we de andere bus weer inhaalde, wij vonden het iets minder leuk. Natuurlijk stond er ook weer luide muziek op en werd er volop mee gezongen en gedanst, het komt bijna niet voor dat er een dag geen muziek op staat :) Aangekomen op de locatie kleden alle jongens zich om en werden de voetbal schoenen uitgedeeld, Sarien en ik hadden ook een aantal voetbalschoenen mee genomen en het was heel leuk om te zien hoe de jongens onze veel te grote schoenen droegen. Wij kochten water en de eerste wedstrijd begon, onze teams waren heel goed, de kleintjes begonnen eerst, zo schattig om ze te zien spelen. Travel for Charity heeft alle wedstrijden gewonnen, zo goed! Wij stonden aan de zijlijn de jongens aan te moedigen. Ismael (een van de trainers) deed vrolijk mee en het was een hele leuke middag. Met de vrijwilligers hadden we een eigen jel bedacht, deze werd overal gebruikt, op straat, in de supermarkt, in de school, bij de voetbal enz. De jel was ‘energie energie hoppa hoppa’ erg makkelijk te onthouden en we merkte dat steeds meer kinderen de jel overnamen :) Het team waar de jongens tegen speelde had ook een vrijwilligster (Paula) we raakte aan de praat met Paula en deelde gegevens uit. Toen de wedstrijden afgelopen waren en we terug naar Arusha wilde, was er weer geen vervoer. Dus moesten we met alle jongens naar de drukke straat lopen om daar hopelijk een bus te vinden. Raphael fixten gelukkig vrij snel twee bussen en zo konden we weer volgepropt terug  naar huis.

Helaas had eerder die week iemand uit het kantoor van Raphael (wat in ons huis was) gestolen. Er was 125,- euro gestolen aan contant geld, echt heel erg want al dat geld was voor de school en andere projecten. Het geld was gestolen terwijl Sarien en ik thuis waren. Eén van de jongens uit het voetbal team was naar het huis gekomen, wij hadden de deur niet op slot gedaan dus hij kon binnenkomen, wij waren boven op onze kamer. Toen we beneden geluid hoorde ging Sarien kijken. Ze zag dat een jongen in onze tuin zat en Sarien vroeg wat hij aan het doen was. Hij vertelde dat hij engelse les had en in de tuin even kwam wachten, de andere kinderen zouden zometeen komen. Wij dachten hier niks geks van want het was wel vaker voorgekomen dat de voetbal jongens in onze tuin waren voordat een training begon. Sarien ging weer naar boven en vijf minuten later ging ik beneden kijken, de jongen was weg en er leek niks anders dan normaal. Blijkbaar had Raphael zijn kantoor open laten staan (normaal zit deze altijd op slot) en had de jongen het geld gepakt en was daarna snel weggegaan. De jongen had heel veel nieuwe kleding en schoenen voor zichzelf gekocht, hij had binnen een dag 75,- euro uitgegeven, dat is heel veel geld in Tanzania. Raphael was er achter gekomen dat hij het had gedaan doordat andere jongens uit het team lieten vallen dat hij opeens allemaal nieuwe dingen had, terwijl hij en zijn familie heel arm zijn. Raphael is naar zijn huis gegaan om met hem te praten, hij wilde niet toegeven dat hij had gestolen en beweerde dat Sarien en ik de kleding voor hem hadden gekocht. Toen Raphael dreigde met de politie, vertelde hij de waarheid en gaf hij de kleding aan Raphael. Raphael vond het heel erg en vooral dat de jongen bleef liegen en alleen dingen voor zichzelf had gekocht, terwijl zijn broertjes, zusjes en ouders ook niks hadden. Raphael heeft geprobeerd om de kleding terug om te ruilen voor geld, maar dat kon niet. Uiteindelijk heeft hij alles ingeruild voor kleding en schoenen in zijn eigen maat. Eigenlijk vonden Sarien en ik het een beetje gek dat Raphael alleen kleding voor zichzelf had gekocht en niet aan de kinderen had gedacht, juist omdat hij dat bij de jongen zo erg vond. Eerst wilde hij de jongen uit het voetbal team zetten als straf, alleen later bedacht Raphael zich want hij was bang dat de jongen anders nog meer het verkeerde pad op zou gaan en dat was natuurlijk niet de bedoeling.

Raphael wilde naast het jongens team heel graag een meiden team oprichten en had onze hulp hierbij gevraagd. Sarien was mee geweest naar een training van een andere school om daar de meiden te zien voetballen. In Arusha was het heel ongewoon om als meisje te voetballen (of überhaupt een sport te doen). Vaak mocht het ook niet van de ouders, dus Raphael wilde een sterk plan hebben voordat hij de ouders ging overtuigen, een (het liefst vrouwelijke) trainer was onderdeel van dit plan. Maar wij bleven maar twee en een halve week dus wij konden die trainer niet zijn helaas. Volgens mij is hij nog steeds bezig om het meiden team van de grond te krijgen.

(Normaal zou ik niet zomaar foto's van kinderen delen, maar nu werd dat juist aan ons gevraagd. Om zo Travel for Charity in beeld te krijgen en te delen met de wereld, dus vandaar dat je veel foto's van de kinderen kan vinden op de blog, met toestemming) 

Foto’s

1 Reactie

  1. Like en Eppie:
    28 mei 2024
    Voor ons heel herkenbaar wat je schrijft. We hebben in Mali en Madagaskar scholen bezocht en de kinderen waren blij met de pennen en schriften. In Mali zijn we naar een gebied geweest waar er geen toeristen kwamen. Kinderen schrokken van ons of wilden aan ons zitten. Je liep met een groepje kinderen aan je hand te wandelen.

Jouw reactie